contact
MyEtwie

Asbest in de bouw

Asbest is een veelgebruikt materiaal dat al decennialang wordt toegepast in verschillende sectoren. Vooral na de Tweede Wereldoorlog nam het gebruik van asbest in de bouwsector exponentieel toe. Hoewel het gebruik ervan sinds de jaren 90 sterk is afgebouwd en het inmiddels verboden is in België en Europa, bestaan veel toepassingen van asbest nog steeds. Hierbij kunnen hechtgebonden asbestvezels, zoals die in golfplaten, na verloop van tijd degraderen en vrijkomen in de vorm van minuscule vezels van 1µm groot. Wanneer deze vezels worden ingeademd, kunnen ze zich diep in het longvlies nestelen en op lange termijn ziektes veroorzaken.

Wij spraken met Peter Loockx, preventiedeskundige industriële hygiëne bij IBEVE, en Sven De Mulder, teamverantwoordelijke Asbest bij de OVAM, over de toepassing van asbest in ons gebouwd patrimonium, en hoe we hiermee (moeten) omgaan. We legden hen enkele stellingen voor, waarop ze telkens een repliek formuleerden.

infografiek
Foto: Infografiek van de OVAM (2019)

Stelling 1: Alle asbest is verwijderd uit gebouwen in België

Sven De Mulder bevestigt wat we al weten: dat is natuurlijk zeker nu niet het geval en dat zal nog wel een heel tijdje duren.

Stelling 2: Het is mogelijk alle asbest te verwijderen uit gebouwen in België

Het is, zo zegt Sven De Mulder, louter theoretisch of technisch gezien mogelijk. Maar dan zouden we een kosten-batenanalyse moeten maken. Het zou een heel hoge financiële kost hebben, en daarnaast ook een heel grote impact hebben op onze mobiliteit, onze omgeving, … Het is dus zeker niet vanzelfsprekend. Maatschappelijk gezien is het erg moeilijk, en zou het niet opwegen tegen de kosten en de hinder die daarmee gepaard zouden gaan.

Het probleem stelt zich bij waar er nog allemaal asbest zit. Uiteraard in en rondom de gebouwen, maar ook vooral ondergronds. Asbest zit onder verharding en onder wegen, zowel op privaatterrein als openbaar. Je hebt ook heel veel nutsleidingen en nog tienduizenden kilometers aan drinkwaterleidingen, gasleidingen of rioleringsbuizen.

Dus, we zouden dat allemaal kunnen gaan blootleggen en uitgraven, gaat Sven De Mulder verder. Men zou dan alle wegen moeten gaan opbreken, met de verschillende asfalt- en betonlagen, alsook het onderliggende puin. Daar kan allemaal asbest in vervat zitten. De kosten van dergelijke werkzaamheden zouden zeer hoog zijn.

Zoals altijd bij dergelijke milieu-saneringen, is het dus kwestie van te kijken wat de zogenaamde redelijke kost is. Daarvoor wordt vooral gekeken naar de beperking van het risico die een bepaalde ingreep inhoudt. Men zou bijvoorbeeld alle ondergronds bewaard asbestafval kunnen gaan opgraven en saneren. Dat is vaak gestort in oude kleiputten, en vervolgens afgedekt. Maar dit zou dan inhouden dat we verschillende lagen vegetatie zouden moeten afgraven en verwijderen om aan het gestorte asbest te kunnen. Dit is op zich al een erg risicovolle operatie. Bovendien zou, na het saneren, de eventuele restfractie van het asbesthoudend materiaal nog steeds ergens anders weggewerkt moeten worden, en resulteert een dergelijke ingreep eigenlijk in een vestzak-broekzakoperatie.

lambrisering
Foto: Cover van een brochure met daarin de asbestlambriseringen van Eternit (foto: Industriemuseum)

Stelling 3: Het is nodig alle asbest te verwijderen uit gebouwen in België, ook bij cultureel erfgoed.

De benadering is eigenlijk net hetzelfde als bij de vorige stelling, vertelt Sven De Mulder ons. We moeten altijd in eerste instantie kijken naar het beperken van de gezondheidsrisico’s voor de mensen. Het maakt dus in feite weinig uit of het een eigen woning is, dan wel een gebouw dat als erfgoed geklasseerd is. En ook bij asbesthoudend roerend erfgoed moet diezelfde afweging gemaakt worden.

We nemen, indien mogelijk, weg wat een risico vormt. Indien dit niet mogelijk is, bijvoorbeeld wanneer dit structurele elementen betreft of het de erfgoedwaarde zou aantasten, moeten we het materiaal en de bijhorende asbestvezels gaan fixeren of afschermen.

Stelling 4: Zonder asbest zouden er meer slachtoffers gevallen zijn op 9/11

Een moeilijke stelling volgens Peter Loockx, die afhangt van hoe men naar de gebeurtenissen kijkt. Belangrijk om mee te geven is dat er bij de start van de bouw van de WTC-torens nog geen verbod op het gebruik van asbest was ingevoerd. Dit verbod kwam er tijdens de constructie. Dat zorgde ervoor dat in het onderste gedeelte van het gebouw de draagconstructie nog ingepakt was met asbesthoudende brandwering, terwijl hoger in het gebouw een ander isolatiemateriaal werd toegepast. Dit materiaal was niet asbesthoudend, maar ook minder performant.

Dit gaf aanleiding tot theorieën dat er sprake zou zijn geweest van een “asbest-hysterie”, die ervoor gezorgd zou hebben dat dit brandwerend materiaal ten onrechte in de ban zou zijn gedaan. Zonder deze “hysterie” zouden de WTC torens veel langer standgehouden hebben, en zouden er minder levens verloren zijn gegaan. (Milloy, 2015)

Peter Loockx erkent dat het mogelijk is dat asbesthoudende materialen inderdaad een beperkt positieve invloed zouden gehad kunnen hebben op de tijd voor de torens instortte. Hij volgt deze opmerking echter direct op met de nuance dat ten eerste de spuitasbest, zoals toegepast in de torens, bij een dergelijke impact los zou zijn gekomen van de structuur die ze zou moeten beschermen. Hierdoor zou de bescherming al sterk afnemen. Ook de ongeveer dertig jaar tussen het aanbrengen van de oorspronkelijke asbesthoudende beschermingslaag en de aanslagen zou de hechting al sterk kunnen hebben doen afnemen. Desondanks is het volgens Loockx niet onmogelijk dat een volledige asbestcoating enkele tot een tiental minuten winst had kunnen opleveren, waardoor mensenlevens gespaard zouden kunnen zijn geweest.

De belangrijkste nuance is dat nu, een twintigtal jaar later, de eerste mesothelioomgevallen zich beginnen aan te dienen. Mensen die toen, in 2001, asbestvezels ingeademd zouden hebben van de stofwolk, zitten nu met zogenaamde asbestziektes. Bovenop de rechtstreekse slachtoffers zullen er dus naar alle waarschijnlijkheid nog meer slachtoffers vallen de komende decennia.

Naar schatting 410 000 tot 525 000 mensen zijn tijdens de ramp, de reddingswerken en de reinigingswerkzaamheden blootgesteld aan het schadelijke stof. Het lijkt erg waarschijnlijk dat de komende decennia veel van hen nog ziektes gelinkt aan de aanslagen zullen ontwikkelen. Zo hebben brandweerlui die hulp geboden hebben na de ramp 19% meer kans op kanker dan gemiddeld. (Zeig-Owens et al., 2011) In 2021 waren reeds 24 000 gevallen van kanker gelinkt aan de gebeurtenissen op 9/11, en waren er in totaal al meer dan 63 000 totale ziektegevallen hieraan gelinkt. (Whitmer, 2023)

Bronnen

Milloy, S. (2015, 25 maart). Asbestos Could Have Saved WTC Lives. Fox News. https://www.foxnews.com/story/asbestos-could-have-saved-wtc-lives

Whitmer, M. (2023, 11 april). Asbestos, 9/11 and the World Trade Center. Mesothelioma Center - Vital Services for Cancer Patients & Families. https://www.asbestos.com/world-trade-center/

Zeig-Owens, R., Webber, M. P., Hall, C. B., Schwartz, T., Jaber, N., Weakley, J., Rohan, T. E., Cohen, H. W., Derman, O., Aldrich, T. K., Kelly, K. E., & Prezant, D. J. (2011). Early assessment of cancer outcomes in New York City firefighters after the 9/11 attacks: an observational cohort study. The Lancet, 378(9794), 898–905. https://doi.org/10.1016/s0140-6736(11)60989-6