Ukkel

Ukkel, momenteel na de stad Brussel de grootste gemeente in oppervlakte van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, was aanvankelijk een landelijke gemeente in de rand met overwegend bos (deel van het zoniënwoud) en landbouw. Onder impuls van Georges Brugmann werd de gemeente geurbaniseerd, met vooral een focus op woonfuncties en niet zozeer industriële activiteit. Georges Brugman komt uit Belgische bankiersfamilie met Duitse oorsprong (Dortmund). De Brugman-bank had nauwe banden met de Banque De Belgique en Georges nam vooral de lucratieve grondverkavelingsactiviteiten in handen, met focus op Ukkel, Elsene en Vorst. Met de aanleg van mooie nieuwe lanen werd een bourgeois clienteel aangetrokken die er talrijke villa's optrekken in een groene omgeving.

Maar ook anderen verhuizen naar deze minder dicht bebouwde groene long. Zo verhuist op het eind van de 19de eeuw het Koninklijke Sterrenwacht van het ondertussen dicht bebouwde en snachts intenser verlichtte Sint-Joost-ten-Node naar Ukkel. Binnen de sterrenwacht werden ook metereologische waarnemingen gedaan. Temperatuurmetingen gebeurden na de verhuis nog een tijdlang in zowel Ukkel als Sint-Joost-Ten-Node (o.a. om het verschil in temperatuur tussen verstedelijkt en minder verstedelijkt te meten) maar dit laatste meetpuntging niet al te lang na de verhuis in verval. In 1913 splitst die organisatie in twee: Koninklijke Sterrenwacht enerzijds en Koninklijk Metereologisch Instituut anderzijds. In 1964 ontstaat uit het KMI nog een afgesplitste instelling: het Koninklijk Belgisch Instituut voor Ruimte-Aeronomie. Al deze instellingen samen herbergen een unieke collectie wetenschappelijke meetinstrumenten.