contact
MyEtwie
Publicatie

Het weefgetouw van Jacquard: een revolutionaire machine? De receptie van een innovatief idee in België

Ga naar

Thema's

Auteur K. MERCKX
Trefwoorden weefgetouw, jacquard
Jaar van uitgave 2016
Stad of gemeente Leuven
Website https://limo.libis.be/primo-explore/fulldisplay?docid=32LIBIS_ALMA_DS71188510700001471&context=L&vid=KULeuven&lang=en_US
Instelling KU Leuven
Vakgroep Geschiedenis
Promotor Geert VANPAEMEL
Deze masterproef behandelt de introductie en de receptie van de jacquardtechniek in België. De jacquardtechniek maakte het mogelijk om het weven van ingewikkelde patronen en figuratieve weefsels te automatiseren met behulp van een systeem van ponskaarten. De techniek is genoemd naar de Franse uitvinder Joseph Marie Jacquard (1752-1834). Het betrof geen volledig nieuw weefgetouw, maar een extensie voor bestaande trekgetouwen. De eersten die de techniek in België inzetten waren fabrikanten van luxeweefsels uit de omgeving van Brussel. Ze gebruikten de innoverende techniek voor het imiteren van de populaire kasjmiersjaals. Hierdoor konden de luxeweefsels niet alleen sneller, maar ook goedkoper worden geproduceerd. Een groeiende groep consumenten kon zich dit textiel veroorloven, maar jacquardweefsels bleven niettemin tot het luxesegment van de textielmarkt behoren. De techniek kende stilaan meer toepassingsgebieden, zoals damast en machinaal kant, niet alleen voor kleding, maar vooral ook voor interieurtextiel. De introductie van de jacquardtechniek was een geleidelijk proces. Tussen de eerste installatie in Brussel in 1827 en de volledige integratie ervan in de grootschalige en exportgerichte Gentse textielnijverheid, verliep ongeveer 30 jaar. Tegenstanders voor de jacquardtechniek waren in die introductiefase niet aan te stippen. Ook de thuiswevers die erg te leiden hadden onder de crisis in de linnennijverheid in de jaren 1840, verzetten zich niet tegen de jacquardtechniek, ook al vreesden ze voor het voortbestaan van hun nijverheidstak. l'Association nationale pour la conservation et le progres de l'ancienne industrie linière zag in de jacquardtechniek een ultiem redmiddel voor de tanende linnennijverheid op het Vlaamse platteland. L'association was, anders dan wat een aantal historici menen, meer dan een groep conservatievelingen die elke innovatie wilden tegen gaan om de eigen belangen te vrijwaren. Met steun van de overheid probeerden ze, onder meer door het inrichten van modelwerkhuizen, kleine landelijke ateliers tot stand te brengen waar de thuiswevers de nieuwe jacquardweefgetouwen konden leren gebruiken. De biografen bestempelden Jacquard als een arme wever. Vaak werden de uitvinders echter het slachtoffer van onbegrip en een gebrek aan visie op de perspectieven die de innovatie bood. De uitvinding van Jacquard maakte bepaalde taken overbodig, maar dit was enkel in het voordeel van de werknemers zelf. Hun gezondheid, en vooral die van de kinderen, kwam niet langer in gevaar. Jacquard was een eenvoudige, maar geniale uitvinder die alles riskeerde voor de vooruitgang, die moest strijden tegen de duisternis van de onwetendheid. Het weven van patronen vroeg geen concentratie meer van de wever en niet langer de inzet van trekkers. Elk patroon of motief, elke figuur, hoe ingewikkeld ook, kon herhaaldelijk en snel geweven worden. Eens je leerde hoe je met zo'n toestel moest werken, kon iedereen een jacquardweefgetouw bedienen. De kunst van het weven, het ambacht, werd herleid tot een geautomatiseerd proces. Niettemin vroeg de voorbereidende fase nl. het maken van de ontwerpen en de ponskaarten, nog steeds een grote vaardigheid. De overheden zetten daarom in op aangepaste opleidingen in nijverheidsscholen.