contact
MyEtwie
In de kijker

Terugblik 2020: De molen draait!

Gepubliceerd op 03/08/2021
Categorie
etwie_windmolen_DavidLansac_pixabay_geen attributie

Weet je nog, hoe we ons op 31 december 2019 opmaakten voor een nieuw, onstuimig 2020? Hoe we de nacht in zouden dansen, klinkend op nieuwe kansen, avonturen en ontmoetingen?

En hoe dat onstuimige jaar in maart abrupt werd stilgelegd?

We zouden twee weken ons best doen en dan lekker verder leven. Toen we de deuren van ons moederschip, het Industriemuseum, achter ons dicht trokken, riep een collega nog “tot binnen enkele maanden!” Hij wist het al. Hij zag hoe de geschiedenis zich dreigde te herhalen. En zo werd dat nieuwe jaar een erg bijzonder jaar waar maar geen einde aan leek te komen.

De wereld op zijn kop. Tal van cultuurhuizen, erfgoedorganisaties en vrijwilligersverenigingen doofden de lichten. Elkaar ontmoeten kon enkel nog virtueel. In sneltempo maakten we kennis met Teams, Zoom, Whereby en Google Meet. Ongemakkelijk richtten we de camera op onze snoet, namen we rondhuppelende kinderen op schoot en probeerden we er het beste van te maken.

En eigenlijk mogen we niet klagen.

Het was in de eerste weken van de lockdown zoeken naar hoe we onze dienstverlening vanop afstand konden organiseren. Evenementen werden dan wel afgelast en projecten uitgesteld. Plaatsbezoeken waren niet of beperkt mogelijk. Maar er kwam tijd vrij om werk achter de schermen te verzetten, en we organiseerden ons om onze werking zo goed als mogelijk verder te zetten. Dat de musea, archieven en bibliotheken open konden, was een lichtpuntje in erfgoedland. Het voelde een beetje raar, als een oneerlijk privilege, maar het voelde tegelijkertijd ook goed. In alle kommer en kwel leerde Vlaanderen het erfgoed beter kennen. Gezinnen gingen op stap en ontdekten onze erfgoedhuizen: de weinige vleugjes cultuur die nog op te snuiven vielen.

Laat ons hopen dat we na al het wandelen en zoomen gauw terug bij elkaar mogen zijn. Afstandsloos. Maskerloos. En onbezonnen. Intussen maakten we ons jaarboek van 2020. We loodsen jullie deze zomer graag doorheen het werk dat we tijdens dat coronajaar alsnog hebben verzet.

Vandaag: De molen draait!

De molen draait in 2020!

Er is heel wat beweging rond molens in 2020. Zo wordt het molenaarsambacht door minister Jan Jambon erkend als immaterieel cultureel erfgoed en werkt ETWIE mee aan een educatief project om leerlingen te laten kennismaken met de fascinerende wereld van windmolens en het werk van molenaars.

Het molenaarsambacht wordt in de zomer van 2020 toegevoegd aan de Inventaris Vlaanderen van het Immaterieel Cultureel Erfgoed. De symbolische erkenning is een mooi eerbetoon aan de vele - meestal vrijwillige - molenaars die dag in dag uit het ambacht, de kennis, vaardigheden én de molen levend houden. Want geen molen zonder molenaar, geen molenaar zonder molen!

Het molenaarsambacht kent een heel rijk verleden, zowel in Vlaanderen als in andere regio’s en landen. In onze contreien verschijnt de eerste houten draaibare windmolen omstreeks 1180. Eeuwenlang worden molens voor van alles ingezet: graan malen, zaden pletten, polders droog houden, hout zagen, papier scheppen, kleurstoffen malen, wol vollen… Molens vormen lang een onmisbare schakel in de voedselvoorziening en blijken de motoren van onze economie. Tot pakweg 80 jaar geleden staan boeren met kar en paard aan te schuiven bij de duizenden molens die Vlaanderen dan nog telt. Na de Tweede Wereldoorlog vallen de meeste molens stil door de opkomst van diesel- en elektromotoren. Traditionele wind- en watermolens verdwijnen langzaamaan uit het landschap, en met hen ook de beroepsmolenaars. Gelukkig ontstaat een nieuw soort molenaar: de vrijwillige molenaar.

De eerste vrijwillige molenaars krijgen hun opleiding nog van de laatste beroepsmolenaars. Vandaag zijn er cursussen om nieuwe enthousiastelingen op te leiden. Door hen kunnen de molens blijven draaien en worden dure restauraties vermeden. Verschillende molenaarsverenigingen zetten zich in om de vakkennis over te dragen naar volgende generaties. De opname op de Inventaris Vlaanderen voor het Immaterieel Cultureel Erfgoed geeft niet alleen erkenning aan het historische ambacht, maar ook en vooral aan de huidige en toekomstige beoefenaars die onze molens als werkende monumenten in stand houden.*

(*Uit de perstekst van het Departement Cultuur, Jeugd en Media, laatst geraadpleegd op 19 maart 2021.)

In 2020 schiet een nieuw project uit de startblokken, een samenwerking tussen verschillende partners. De Molenbrigade laat leerlingen van het derde en vierde leerjaar kennismaken met de fascinerende wereld van windmolens en molenaars. Het educatieve pakket, dat in mei 2021 gelanceerd wordt, bestaat uit een reeks korte filmpjes, een molenbezoek en een heuse experimenteerkoffer.

In een introfilmpje stellen enkele West-Vlaamse molenaars zichzelf voor. Zij nodigen de kinderen uit om een bezoek te brengen aan een oude windmolen in de buurt van de school. Na het molenbezoek mogen de leerlingen zelf experimenteren met wieken, tandwielen en maalstenen. Via themafilmpjes en een erfgoedkoffer maken ze spelenderwijs kennis met windenergie, tandwieltechniek en het verwerkingsproces van graan tot brood. Zo leren ze meer over windrichting, windkracht en aerodynamica, bouwen ze zelf een machine met tandwielen en leren ze het onderscheid kennen tussen grondstof (graan, vlas, lijnzaad), half afgewerkt product (meel, vlasvezels, lijnolie) en afgewerkt product (brood, textiel en verf). Op het einde van deze ontdekkingstocht mogen de leerlingen zich trots lid van de Molenbrigade noemen. Dit wordt gevierd met een heus bakfestijn.

Aan het project werken 15 molens uit West-Vlaanderen mee. Het is een samenwerking tussen Musea Brugge, de erfgoedcellen zuidwest, Kusterfgoed, CO7, TERF en Brugge, Provincie West-Vlaanderen, VIVES, ETWIE, Texture Kortrijk, DVV Westhoek/IJzervallei en het Molenforum. Voor de productie van de filmpjes en de educatieve koffer is beroep gedaan op het Geheugen Collectief, De Zeemier en Casa Blanca.

Molens Afbeelding

Ook internationaal zien we in 2020 beweging rond het molenaarsambacht. De eerste Internationale Conference on the Craft of the Miller dat in maart zou doorgaan wordt omgezet naar een digitale conferentie in november. Meer dan 200 mensen uit bijna 30 landen schrijven in. De organiserende organisatie, De Hollandsche Molen, zet zich al sinds 1923 in voor het voortbestaan en malend houden van de wind- en watermolens van Nederland. Alain Goublomme vertelt er hoe het molenaarsambacht in Vlaanderen eruit ziet; Jonathan Cook van Fosters Mill doet hetzelfde over wind- en watermolens in het Verenigd Koninkrijk. Daarna komen Antoine Gauthier en Filip Tomaszewski aan de beurt over respectievelijk Canada en Polen. Ondanks landelijke verschillen in de subsidiëring en organisatie, wordt duidelijk dat er nog maar weinig professionele molenaars zijn en dat het doorgeven van de kennis en kunde rond het molenambacht een heikel punt is. De conferentie betekent de start van een internationaal netwerk. Zo kunnen borgingsmaatregelen, financiële mogelijkheden, educatieve ideeën en nog heel wat meer uitgewisseld worden en als inspiratie dienen voor de molenaars. Nog een mooie uitspraak tijdens de International Conference on the Craft of the Miller:

"A great miller can tell by the sound how the mill is running."

Meer informatie?

Wil je meer weten over onze ICE-werking? Neem dan contact op met Lieselot via lieselot@etwie.be.

Nieuwsarchief

Verwante gemeentes

Google Maps laden ...